Superrubio schreef op 20 augustus 2019 10:16:
DEEL 2
Gebrek aan concurrentie
Door kritisch te zijn, zo zei ING-topman Hamers onlangs in een gesprek met analisten. Daar zei hij dat ING alleen kredieten verkoopt waarop ze de door haar vooraf gewenste marge op behaalt. De rest laat de bank lopen. Clifford Abrahams, de financieel topman van ABN Amro, zei iets vergelijkbaars. „Wij doen alleen hypotheken als er gepaste opbrengsten tegenover staan.”
Opvallend is dat de banken met deze benadering hun inkomsten probleemloos op peil houden. Dat roept de vraag op of zij wel voldoende concurrentie ondervinden.
Recent verscheen een onderzoek van universitair docent Mark Dijkstra (Universiteit Utrecht) en hoogleraar mededingingseconomie Maarten Pieter Schinkel (Universiteit van Amsterdam) naar hypotheekmarges. Zij bestudeerden de ontwikkeling van de door marktleiders ING, ABN Amro en Rabobank aangeboden hypotheekrente in Nederland in de periode 2004 tot 2016. In hun onderzoek tonen zij aan dat door een gebrek aan concurrentie de drie grootbanken hun hypotheekrentetarief vanaf voorjaar 2009 jarenlang structureel bovenmatig hoog konden houden. De rente lag gemiddeld 26 procent hoger (1,25 procentpunt) dan als er wel concurrentie was geweest, zoals voor de crisis.
De verhoging van de rente begon in 2009 als gevolg van de staatssteun die onder andere ABN Amro en ING ontvingen. Via een lobby bij de Europese Commissie kreeg Rabobank voor elkaar dat de geredde banken geen prijsconcurrentie met Rabo mochten aangaan. Alleen Rabobank mocht dus de laagste rente hebben. Als Rabobank de hypotheekrentes verhoogde, moesten de andere banken hun rente óók verhogen – anders handelden zij in strijd met de staatssteunregels. Met andere woorden: eerst werden de banken met belastinggeld gered en daarna rekenden ze hun klanten jarenlang – door toedoen van Europa – te hoge hypotheektarieven.
Omdat hij dit de afgelopen jaren niet heeft onderzocht, kan hoogleraar Schinkel echter niet wetenschappelijk stellen dat de huidige hoge renteverdiensten het gevolg zijn van gebrekkige concurrentie.
Lage uitleenkosten
Volgens hypotheekadviseur De Hypotheker en consumentenorganisatie Vereniging Eigen Huis is er tegenwoordig wel degelijk goede concurrentie op de hypotheekmarkt. Beide wijzen erop dat er in vergelijking met de situatie na de crisis – toen Fortis, DSB en buitenlandse aanbieders verdwenen – weer sprake is van een flink toegenomen aantal hypotheekaanbieders, en dat de consument zowel qua hypotheekproduct als prijs echt iets te kiezen heeft.
„Als de marge voor banken hetzelfde blijft, heeft dat mogelijk te maken met andere factoren, zoals de inkoop van geld”, stelt De Hypotheker in een reactie. Dat banken goedkoop aan geld kunnen komen, bevestigt hoogleraar Schinkel. „Met de zeer lage rentes zijn ook de inleenkosten voor banken laag. Daarop is elke positieve uitleenrente al gauw een flinke marge.”
Maar dat is niet het hele verhaal. Banken verdienen traditioneel geld aan beide kanten van hun balans: op het spaargeld dat bij hen geparkeerd wordt en op de leningen die ze verstrekken. „Aan die spaarkant wringt nu de schoen. Die kost banken nu gewoon geld, in plaats van dat ze erop verdienen”, zegt analist Albert Ploegh, die bij ING voor beleggers onafhankelijk marktonderzoek doet naar financiële instellingen.
Dat zit als volgt. Nederlanders hebben zo’n 370 miljard euro aan spaargeld bij banken staan. Een deel daarvan beleggen banken voor langere tijd, onder meer in hypotheken. Maar een deel van dat spaargeld moeten banken ook beschikbaar houden voor het geval klanten dit willen opnemen. Dat geld wordt bij de Europese Centrale Bank gestald tegen een negatieve rente van 0,4 procent.
Die negatieve rente doorberekenen aan consumenten durven banken vooralsnog niet. „Buitengewoon onwenselijk, zeker niet wat wij beogen”, zei Rabobank-topman Wiebe Draijer deze week nog. Het zou betekenen dat mensen rente moeten gaan betalen over hun spaargeld. En niemand weet hoe consumenten daarop reageren. Vandaar dat nu de grootbanken nog een bijna symbolisch rentetarief van 0,02 en 0,03 procent bieden.
Het verlies dat banken lijden op het spaargeld, maken zij goed met hun marges op hypotheken en andere leningen. „Hypotheekrentes zijn de afgelopen maanden wel iets omlaag gegaan, maar dat is vrij beperkt. Terwijl de financieringskosten van banken heel hard zijn gedaald”, zegt Ploegh. Het spaargeld dat ze deels in hypotheken steken is nagenoeg gratis, de rente op de kapitaalmarkt extreem laag. „De marges op de nieuwe hypotheken zijn dus behoorlijk opgelopen.”
Prijsdiscipline
ABN Amro, ING en Rabobank maken in hun recente financiële verslagen inderdaad allemaal melding van hun gestegen marges op nieuwe hypotheken.
De financieel topmannen van ABN Amro en ING roemden de afgelopen weken bij de toelichting van hun cijfers hun eigen ‘prijsdiscipline’ waarbij zij hoge marges kunnen hanteren zonder te vrezen voor fors verlies van marktaandeel aan de concurrentie. Die zit namelijk in hetzelfde schuitje en moet binnen dezelfde omstandigheden van lage spaarrente opereren.
„Alle banken hebben hetzelfde probleem”, constateert analist Ploegh. „Ze opereren in dezelfde dynamiek, dus er is weinig onderlinge druk om de hypotheektarieven snel omlaag te gaan brengen om veel marktaandeel te gaan winnen. Want met hun hoge marges compenseren ze de druk op hun spaarbedrijf.”
Hoewel ook verzekeraars, pensioenfondsen en beleggingsinstellingen zich op de hypotheekmarkt begeven, wordt zo’n driekwart van de hypotheken op de Nederlandse markt verstrekt door banken, met Rabobank, ABN Amro en ING aan kop.
Verzekeraars bieden ook hypotheken aan, maar hun hypotheekportefeuilles zijn volgens Ploegh al behoorlijk gevuld. En van nieuwe partijen als Munt Hypotheken (waar pensioengeld achter zit) hoeft ook geen agressieve marktverstoring verwacht te worden, ziet Hans André de la Porte van Vereniging Eigen Huis. „Dat zijn ook spelers die rendement willen halen. Die kunnen niet uitleggen als ze klanten cadeautjes gaan geven op hypotheken terwijl ze de pensioenen moeten korten.”
Veel opgewonden consumenten hebben zich overigens nog niet gemeld bij Vereniging Eigen Huis, zegt André de la Porte. „In de crisisjaren was dat wel anders. Toen lag de hypotheekrente rond de 5 procent en stonden hypotheken onder water. Nu krijgen mensen voor hun gevoel een historisch lage rente. Waarom zouden ze dan zeuren over de marge die hun banken maken?”