Met bijzonder maaibeleid biodiversiteit bevorderen
Op het project Kunstwerken Oost-Nederland onderhouden we de vele ‘natte’ kunstwerken die Rijkswaterstaat beheert. Dat is nodig voor de waterveiligheid en een goede doorvaart. Combinatie Vitaal – met BAM Infra Nederland, Van den Herik, SWARCO en SPIE - is verantwoordelijk voor dit onderhoud. Naast het onderhoud aan de 8 schutsluizen, 3 stuwcomplexen, 70 vaste en beweegbare bruggen, 4 gemalen en 8 aflaat- en regelwerken, zijn wij ook verantwoordelijk voor het onderhoud van 150 hectare groen. Bij het sluis-stuwcomplex bij Driel doen we dat op een natuurlijkvriendelijke manier. Niet met grasmaaimachines, maar met schapen.
Veel groen
Als je een kijkje neemt op een sluis-stuwcomplex, zie je naast gebouwen en indrukwekkende civieltechnische infrastructuur vooral veel groen. Meestal is de directe omgeving voorzien van duizenden vierkante meters gras. Dat is ook het geval bij het sluis-stuwcomplex bij Driel. Dankzij een initiatief van servicemanager Hendrik Schepers van SWARCO (onderdeel Combinatie Vitaal) lopen hier schapen die het weiland begrazen, is er een bloemenweide en insectenhotels. Binnen de Combinatie Vitaal is dit initiatief omarmt en verder uitgewerkt. Zo geven we biodiversiteit een impuls.
Schapen Driel BAM Maaibeleid biodiversiteit
Duwtje in de rug
‘Dit initiatief sloot perfect aan op de duurzaamheidsdoelstelling van Rijkswaterstaat om biodiversiteit te stimuleren’, vertelt Paul de Keijzer, technisch manager bij RWS. ‘Daarom hebben we deze pilot bij Driel omarmd en gevraagd om de opbrengst van de maatregelen te monitoren. Om inzicht te krijgen of en hoe de natuur zich op deze unieke en met veel water omgeven locatie ontwikkelt. Zo hebben we met deze maatregelen de natuur een duwtje in de rug gegeven. ‘
Natuurvriendelijker maaien
Jaap van den Elshout, assetmanager BAM Infra Nederland: ‘Bij het stuw-sluiscomplex in Driel maaien we sinds 2022 op een natuurlijkvriendelijkere manier het gras. Slechts één keer per jaar maaien we het gras normaal en laten vervolgens het gras liggen. Daarna begrazen schapen de weilanden. Ook het maaien zelf gebeurt met oog voor natuur en klimaat. Met elektrische robotmaaiers die minder CO2 uitstoten dan met benzinemaaiers.’
Explosie aan biodiversiteit
Naast schapen voor groen onderhoud heeft de Combinatie ook een bloemenweide ingezaaid met een inheems zaadmengsel. Om te kunnen toetsen of deze strook van 2800 m2 met verschillende bloemsoorten ook meer bestuivende insecten aantrekt, is er direct ernaast een controlestrook zonder bloemen ingericht. Op het terrein van het sluis-stuwcomplex kwamen daarnaast twee insectenhotels, waar de aangetrokken insecten zich kunnen nestelen. Ook een nestkast voor de torenvalk, een bank gemaakt van circulair biocomposiet en een ooievaarsnest zijn onderdeel van de biodiverse maatregelen.
Het effect van alle maatregelen? Een explosie aan biodiversiteit. Onderzoek wijst uit dat bij de nulmeting er in de bloemweide slechts 10 nectarbiedende plantensoorten waren. Een jaar later zijn dat er al 30. En het aantal insecten in de bloemenweide was zelfs verviervoudigd. Ter vergelijking: in de controlestrook waren slechts 2 extra nectarbiedende plantensoorten te vinden en stokte de groei van meer insecten bij 40%. Conclusie: de proef om de biodiversiteit bij het sluis-stuwcomplex bij Driel te stimuleren is geslaagd. Daarom passen we een deel van de in Driel geleerde lessen tegenwoordig ook bij andere sluis-stuwcomplexen in de praktijk brengt. Bijvoorbeeld bij Amerongen hanteren we nu hetzelfde maairegime met elektrische robotmaaiers. En we onderzoeken of we daar het gras ook door schapen kunnen laten begrazen.