Stukje geschiedenis in de Quote:
Hoe Harry Mens-kijkers €40 miljoen verloren in een Thais winkelcentrum.
Het begint met een oproep in Business Class, het eindigt in een miljoenendrama. Hoe een winkelcentrum in Thailand een verliespost wordt voor 400 beleggers. ‘Tuurlijk, we zijn gewoon bedonderd.’
Door Mark Koster 23/10/2020 08:00
De video is bedoeld als aanklacht. Een projectontwikkelaar heeft hem verspreid onder gedupeerde beleggers. Het filmpje, met een vrolijk dansmuziekje, zou prima passen als ouverture voor een uitzending van Tros Opgelicht. Alle hoofdrolspelers schuiven voorbij in hosannastemming. De grootaandeelhouder, de dochter van de grootaandeelhouder, de directeur, de investeerders, opgefleurd met artiesten en een majestueus vuurwerk. Plaats van handeling: Chiang Mai, een uit de dertiende eeuw daterende stad aan de Ping-rivier in Noord-Thailand. Het is het bitterzoete amateurverslag van de opening van een winkelcentrum met een veelbelovende naam: Promenada. Deze overdekte winkelboulevard moet een hoogrenderend vastgoedvehikel worden, een buitenkansje voor Nederlanders die een paar ton of meer te besteden hebben. Maar als de ballonnen wegwaaien, zijn er al investeerders die dat als metafoor voor hun geld zien. ‘Daar ging mijn inleg’, zegt er een. Daar ging zijn inleg inderdaad.
Het verhaal van Promenada is een klassieker, een casestudy uit het boekje van mislukte avonturen. Een paar gisse Nederlanders grazen de portemonnees van veelal gepensioneerde rijkaards leeg om geld bij elkaar te leggen voor een op papier profitabele vastgoedinvestering in een opkomende markt. Met mooie verhalen kneden ze hun toehoorders, als een Thaise massage die helaas niet uitdraait op een happy ending. De oplevering is in november 2013, maar het gaat eigenlijk meteen al fout. En nu, zeven jaar later, zijn de beleggers nog altijd scherven aan het ruimen. Bijna 40 miljoen euro aan vermogen van particuliere beleggers is er verbrand. De geldschieters, zo’n 400 in getal, zijn bedragen kwijt tot 1 miljoen euro.
Pensioen kwijt
Het begint in 2010 met een betaald praatje van Dion Heijmans in Business Class van Harry Mens, zoals het een klassieker betaamt. De multimiljonair met een villa in Marbella, een kasteel in Frankrijk, een privévliegtuig en een glimmend wagenpark biedt nieuwe investeringen aan in winkelcentra in het Verre Oosten. Heijmans, die aanschuift met zijn directeur Tjeert Kwant, noemt bedragen en presenteert een obligatielening voor winkels in Vietnam en Thailand. Zo’n lening van 75.000 euro levert 12 procent rente op, vertelt hij. ‘Ik ben zeer enthousiast’, roept hij in de hoop de kijkers net zo enthousiast te maken, zodat ze gaan participeren. Ook schermt hij met potentiële klanten. ‘Zara en H&M, maar ook Gucci en Versace: iedereen wil een plaatsje veroveren in Promenada.’ Suggestie: dit kán niet verkeerd gaan, beste mensen. ‘We hebben een grote foutmarge’, stelt Heijmans geïnteresseerde beleggers verder gerust. ‘Ontwikkelingslanden hebben de mogelijkheid om heel voordelig in te kopen, terwijl de huren zeer hoog liggen.’ Ook in de Poolse hoofdstad Warschau heeft Heijmans gebouwd en ook dat is een succes geworden, laat hij weten. Hij onderstreept zijn gelijk met de stijging van de vierkantemeterprijs aldaar: die is maar liefst vertienvoudigd. Ruud Hoogkamer is een van de investeerders die geloven dat vastgoedinvesteringen in opkomende markten snel zullen renderen. Dat de Poolse investering dan al omstreden is, weet hij niet. ‘Kwant kwam bij mij op kantoor; ik ben er ook in getrokken.’ Hij steekt 1 miljoen euro in het project; de gegarandeerde foutmarge blijkt helaas niet ruim genoeg. Abraham de Leon, ex-ambtenaar bij het Arbeidsbureau in Utrecht en Amersfoort, verliest vijf ton aan het avontuur, waaronder zijn pensioen ter waarde van 250.000 euro. ‘Ik ben erin gevlogen. Ik heb leningen uitgegeven gebaseerd op het succesverhaal in Polen. Daar zouden appartementen voor de dubbele prijs zijn verkocht. Maar in Thailand ging het al snel mis met de oplevering van die mall. Daar zou alles klaar zijn, maar ze waren niet klaar. Dan loop je meteen achter op je huurinkomsten en kom je in geldnood. Leveranciers haakten al snel af omdat ze niet betaald werden. Kwant kwam weer langs, maar niet meer zo opgewekt als in het begin. Aan zijn jas ontbraken al een paar knoopjes. We werden weer opgetrommeld om geld te storten.’
De hulpgelden bieden geen soelaas; de investering draait uit op een groots en meeslepend echec. Een financiële ramp die sommige investeerders ertoe noopt hun huis te verkopen. ‘Ja, en dat allemaal dankzij onze grote vriend Harry Mens. Als je maar betaalde, was het devies. Maar de rente was 0,0 procent. Ik heb mijn laatste pensioencenten erin gestopt, vreselijk triest. Het is schandalig wat er is gebeurd: 400 man in de teil’, zegt een geëmotioneerde belegger die staat op anonimiteit. Zuchtend: ‘Ik heb het mijn kinderen ook moeten vertellen.’ Quote sprak met een tiental beleggers. Veel mannen en vrouwen kenden de vastgoedmarkt niet en schamen zich nu dat ze hebben geïnvesteerd. Sommigen houden zich koest en bereiden rechtszaken voor. Anderen informeren of er nog buitenrechtelijke mogelijkheden zijn om de zaak op te lossen. ‘Ik geloof alleen niet dat de heer Heijmans snel bang is, ook niet voor mensen die een pistool op zijn hoofd zetten’, zegt een investeerder. Vooralsnog heeft niet een van de beleggers aangifte van een strafbaar feit gedaan. De hamvraag: is hier iets gebeurd wat niet door de beugel kan, of is het een kwestie van verregaande pech?