bron ; FD 11 november 2016
Is PostNL nu wel of niet van nationaal belang?
Is het behoud van PostNL nu wel of niet van nationaal belang? Die vraag dringt zich op nu het kabinet zich duidelijk heeft uitgesproken tegen een overname voor het Belgische Bpost. De beursgenoteerde postbezorger gaat er natuurlijk zelf over, schrijft minister Henk Kamp van Economische Zaken vrijdag in een brief aan de Tweede Kamer. Maar, zoveel is duidelijk, acceptatie van het bod zou hij zeer betreuren.
Ook een meerderheid van de Tweede Kamer is tegen de verkoop, maar niet noodzakelijk om dezelfde redenen als het kabinet. PvdA, CDA, PVV en SP vinden dat PostNL als onmisbaar nutsbedrijf tegen buitenlandse overnames beschermd moet worden.
Kamp worstelt met de kwestie. En ook premier Mark Rutte gaat de kwalificatie ‘van vitaal nationaal belang’ desgevraagd uit de weg. Zij zien liever geen overname van het in de jaren negentig geprivatiseerde PostNL door staatsbedrijf Bpost omdat het ‘een stap terug’ zou zijn. PostNL is door de tucht van de markt een heel efficiënt bedrijf geworden, aldus de minister-president. ‘Bpost’, daarentegen, ‘moet die hele modernisering nog doormaken’.
Bezwaarlijk ook, vindt Rutte, de recente uitlating van de Belgische minister van Post, Alexander de Croo dat Bpost hoe dan ook geen beslissingen kan nemen waar de Belgische regering het mee oneens is. Ook niet wanneer het huidige 51%-belang van de Belgische staat door een overname van PostNL verwaterd tot zo’n 40%.
Maar of PostNL beschermd moet kunnen worden tegen ‘ongewenste zeggenschap’ laat het kabinet nog in het midden. Net zoals hun VVD-fractie laten zowel Rutte als Kamp graag zoveel mogelijk zaken aan de markt over, maar in zijn Kamerbrief verwijst Kamp niet zonder reden naar de blokkade die PostNL via zijn stichting administratiekantoor zelf kan opwerpen. Met andere woorden: PostNL, kan op een steuntje in de rug rekenen, als het besluit zijn verdedigingswal op te trekken.
Wat als niet Bpost maar een andere bieder had aangeklopt bij PostNL? Het antwoord op die vraag is pas begin 2017 te verwachten. Dan komt Kamp met nadere informatie over een in 2013 beloofde maar zeer vertraagde beschermingswet voor bedrijven van nationaal belang. Aanvankelijk was die alleen bedoeld voor de telecommunicatiemarkt, naar aanleiding van de afgeslagen poging van de Mexicaanse miljardair Carlos Slim om KPN over te nemen, maar de minister overweegt de reikwijdte van de wet breder te trekken. Hoe ver Kamp wil gaan, wil hij nog niet kwijt.
Voor de PvdA is het echter al een uitgemaakte zaak. De postbezorger mag dan wel geprivatiseerd zijn, maar dat neemt niet weg dat het nog altijd een onmisbare functie vervult. Natuurlijk gaat steeds meer communicatie elektronisch, erkent Kamerlid Mei Li Vos, maar dan nog is de bezorging van papieren documenten van nationaal belang. Als voorbeelden noemt ze documenten van overheden en bedrijfsleven die een handtekening dragen.
‘We zijn nog lang niet zover dat alles via internet gaat of moet kunnen gaan’, schat Vos in. ‘Bovendien, stel dat we kwaadaardig gehackt worden waardoor het internet plat komt te liggen, dan moeten we toch kunnen terugvallen op de post?’
Zelfs als zo’n onverhoopte aanval uitblijft, kan Nederland nog altijd niet zonder de infrastructuur van PostNL. ‘Niemand anders dan zij garanderen een landelijke dekking en bezorging binnen 24 uur.’ Vanzelfsprekend zijn er concurrenten, beaamt Vos, maar die besteden een groot deel van de bezorging uit aan PostNL omdat alleen die over het benodigde netwerk beschikt.
Het CDA, SP en de PVV denken er net zo over. ‘Op zijn minst zou de regering een verklaring van geen bezwaar moeten afgeven voordat een verkoop kan doorgaan’, vindt CDA-Kamerlid Agnes Mulder. ‘Ik begrijp niet dat de minister digitale communicatie wel van vitaal belang acht, maar fysieke postbezorging niet.’
Het argument dat de postbezorging in Nederland sowieso wel gewaarborgd is via de postwet, gaat volgens SP-Kamerlid Sharon Gesthuizen niet op. In theorie zou PostNL onder de vleugels van Bpost ook moeten voldoen aan de wettelijke taak als Universele Post Dienst (UPD), maar in Belgische handen is het bedrijf minder makkelijk aan te spreken, vreest zij.
‘We hebben nu al vaak genoeg moeilijke discussies over het aantal dagen dat de post bezorgd dient te worden, hoeveel brievenbussen er moeten zijn en op welke afstand servicepunten beschikbaar zijn’, zegt Gesthuizen. Achter de schermen spreken volksvertegenwoordigers daarover ook met bestuursleden van PostNL. ‘Dat zal moeilijker gaan als ze in het buitenland zitten.’
Vos ziet de bui al hangen als PostNL wordt overgenomen. ‘Ik wil niet in een situatie terechtkomen dat een volgende bewindsman tegens ons zegt: sorry maar ik ga er niet meer over’, zegt ze. ‘Het is belangrijk dat de Tweede Kamer de uitvoering van de posttaken controleert, de minister daarop mag aanspreken en op die manier invloed kan uitoefenen.’