Van ambassade voor het bedrijfsleven tot kleine Benelux-bank
De zakenbank van ABN Amro was tot het uitbreken van de financiële crisis een begrip. De arm van het onderdeel reikte ver en de ambities waren groot. Na de nationalisatie in 2008 bleef een veel kleiner ABN Amro proberen het onderdeel toch internationaal levensvatbaar te maken, van Dallas tot Singapore. Dat is nu voorbij: de zakenbank trekt zich terug in Noordwest Europa.
De Droom
Het is een drukte van jewelste bij het Van der Valk-hotel in Nootdorp. Op de parkeerplaats is nauwelijks ruimte. Audi’s en BMW's staan er schots en scheef en op onmogelijke plaatsen. De 'top 100' van ABN Amro is er samengekomen voor een tweedaagse conferentie over de toekomstplannen van de bank. De stemming is verwachtingsvol.
Ruim twee jaar na de nationalisatie zal het bestuur van ABN Amro op 9 en 10 maart 2011 eindelijk vertellen wat het voor ogen heeft met de bank. Joop Wijn is er als hoofd Commercial en International Banking - zoals de zakenbank bij ABN Amro is gedoopt – uiteraard ook bij. Zijn optreden staat gepland na dat van de chef Retail en Private Bank Chris Vogelzang. Die is met zijn onderdeel immers goed voor zo’n 80% van de inkomsten. Verschil moet er zijn.
Oud-CDA-bewindsman Wijn heeft lang en hard gewerkt aan de nieuwe strategie voor de zakenbank van ABN Amro. Er is een compleet nieuwe start nodig. Een groot deel van zijn rijke historie volgde ABN Amro het Nederlandse bedrijfsleven op zijn avonturen in het buitenland. Of het nu India, Polen of Brazilië was, er waren tot het vorig decennium twee bijna-zekerheden voor een Nederlandse manager: een Nederlandse ambassade/consulaat én een ABN Amro-kantoor. De bankiers hadden er veel vrijheid, zowel om Nederlandse ondernemers te helpen als om het lokale bedrijfsleven te faciliteren.
Pijnlijke erfenis
Dat is in 2011 allemaal anders. Wijn heeft na de nationalisatie van de bank in november 2008 de facto een uitgeklede bedrijvenbank geërfd. Het internationale netwerk met bankvergunningen, het internationale betalingsverkeer en de adviesclub voor fusies en overnames zijn eerder in handen van Royal Bank of Scotland overgegaan. En op last van Brussel is in 2009 een deel van het binnenlandse kantorennetwerk van de bedrijvenbank verkocht.
Wat er resteert van ABN Amro Nederland is aangevuld met internationale Fortis-onderdelen als Clearing, dat financiële transacties overal ter wereld voor klanten afwikkelt, en ECT dat zich toelegt op handelsfinancieringen en fossiele energiehandel. Over die laatste twee leven er twijfels bij de Haagse eigenaar, het ministerie van Financiën. Passen deze onderdelen wel in het gematigd risicoprofiel van de bank en in de strategische focus op Nederlandse klanten en de Nederlandse economie? Maar de bank, zo beseft de ambtelijke top van Financiën, heeft ook uithangborden nodig.
Wijn heeft in 2010 eindeloos kopjes koffie gedronken en gedineerd met Nederlandse ondernemers. Hij heeft ze zijn ambities uitgelegd, verteld dat het nieuwe ABN Amro andermaal de huisbankier van ondernemend Nederland wil worden, hen tot over de grens wil volgen. Maar hij ontmoet vooral veel twijfel en argwaan. Twijfel of de bank het gaat redden. Argwaan of de bank er nu echt wil zijn voor het midden- en kleinbedrijf.
De sufferds van de bank
Onder Rijkman Groenink - de voorganger van Gerrit Zalm als ceo - is het accent bij ABN Amro verschoven naar high finance: grote transacties zoals beursgangen en fusies en overnames. Wilco Jiskoot is het gezicht van deze club. Het verschaffen van werkkapitaal, liquiditeit en debiteurenbeheer aan het mkb wordt niet sexy gevonden. Er wordt begin van de eeuw laatdunkend over het mkb-onderdeel gesproken: daar zitten de sufferds van de bank. Die houding heeft weinig vrienden opgeleverd in het Nederlandse bedrijfsleven, zo is Wijn duidelijk gemaakt.
Lang heeft de ABN Amro-bestuurder met de term ‘VOC-strategie’ in zijn hoofd rondgelopen, maar in Nootdorp presenteert hij iets dat hij ‘Flying Dutchman’ heeft gedoopt. In drie jaar moet de zakenbank in de woorden van de ABN Amro-top van brons via zilver naar goud zijn gegaan met zijn prestaties. Tegen die tijd denkt ABN Amro toe te zijn aan een beursgang en zich los te kunnen maken van eigenaar de Nederlandse Staat. Dan moet de zakenbank er stáán.
ABN Amro zal weer de huisbank van Nederlandse ondernemingen worden, uitbreiden in landen die met één tank benzine te bereiken zijn. Dat is de actieradius van het mkb. Grote corporates wil ABN Amro ook bedienen met advies bij overnames, beursgangen en emissies. En omdat Nederland een handels- en transportnatie is, stelt Wijn voor om in de tien belangrijkste havensteden in de wereld kantoren te openen, ter ondersteuning van ECT, de parel in zijn bedrijvenkroon.
Die letters staan voor energie, commodity’s (grondstoffen) en transport. ABN Amro zal zich gaan manifesteren in deze conjunctuurgevoelige sectoren en grote bedrijven als het Russische oliehandelsbedrijf Gunvor en handelaren als Trafigura gaan financieren. Om zakenbankiers naar ABN Amro te halen mag Wijn een ‘competitieve’ maar geen ‘concurrerende’ beloning bieden, zo heeft topman Gerrit Zalm hem gezegd.
De realiteit
Wijn haalt Rutger van Nouhuys terug om de zakenbank op te bouwen. Het lukt de twee om ervaren en ambitieuze zakenbankiers als Hugo Peek binnen te halen. Die voelen zich aangetrokken door de beloftes over de spilfunctie van deze afdeling tussen de diverse bankonderdelen. ABN Amro haalt ook een groep zakenbankiers terug die na de splitsing naar RBS zijn overgegaan Steeds vaker zit ABN Amro weer bij grote transacties aan tafel. Voorlopige kroon op het werk is het mandaat bij KPN. ABN Amro mag het telecombedrijf in 2013 adviseren in zijn strijd met de Mexicaanse miljardair Carlos Slim, die KPN wil inlijven. De bankiers zien dat als een bevestiging dat het onderdeel volwassen aan het worden is.