Navolgend vermelden wij enige cijfers over de handel tussen de EU en Rusland, waarbij we ons op cijfers van 2020 baseren, want dat zijn nu de meest recente. Rusland is qua grootte de 5e handelspartner van de EU met een aandeel van 4,8%. Omgekeerd is de EU voor Rusland de grootste handelspartner met ruim 37,3%. De handelswaarde tussen de EU en Rusland bedroeg in 2020 totaal € 174,3 miljard. De EU voerde voor € 95,3 miljard in. Die import werd gedomineerd door energie- en landbouwproducten, alsmede grondstoffen, chemicaliën, ijzer en staal (€ 4 miljard). Rusland is na Australië de grootste exporteur van steenkool. De uitvoer van de EU naar Rusland bedroeg € 79.0 miljard. Dat waren vooral machines en transportmiddelen, daarnaast ook afgewerkte goederen, landbouwartikelen en diverse grondstoffen. De totale staalexport (gewalste eindproducten) van Rusland naar de EU in 2020 bedroeg 2,35 miljoen ton (mto), waarvan warmgewalste coils ca. 1,5 mto. Oekraïne exporteerde ca. 1,65 mto, waarvan bijna de helft kwartoplaatstaal, ca. 0,8 mto. Daarnaast importeerde de EU in totaal nog voor ca. 7,5 mto aan halffabricaten, d.w.z. plakken (slabs) en knuppels (billets). Rusland deed daarvan in ruim 3,5 mto en Oekraïne bijna 3 mto.
Al die leveringen zijn dus grotendeels weggevallen, reden waarom walserijen in Europa, die hun productie baseren op dit soort halfproducten als voormateriaal, nu dus naarstig op zoek zijn naar alternatieve leveranciers. Dat gebeurt wereldwijd, van Indonesië en Mexico tot aan de Verenigde Staten toe. Maar het is dringen op de markt, want ook walserijen buiten de EU zijn op zoek naar halffabricaten, zoals bedrijven in Turkije, het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Maar als dat zoeken al tot resultaat leidt duurt het nog wel tussen de 1 en 4 maanden voordat het bestelde materiaal hier geleverd zal worden. De effecten van de plotseling weggevallen tonnages aan halffabricaten waren in eerste instantie vooral te merken bij kwartoplaat en gewalst draad. Plaat- en draadwalserijen zijn snel na het invoeren van de sancties tegen Rusland uit de markt gegaan. Een Zuid-Europese draadproducent kondigde begin deze maand aan sowieso de prijzen met € 350 per ton te gaan verhogen, maar intussen werd er tot nu toe nog niets aangeboden en is het mogelijk dat die aangekondigde verhoging ook niet meer geldig is. De spotprijs voor kwartoplaat vloog eveneens omhoog. Zaten we in februari nog op een niveau van € 940-€ 980 per ton, nu circuleren al basisprijzen van € 1.500 en meer. Diverse staalfabrieken in Midden-Europa waren in januari en begin februari nog naarstig op zoek naar orders vanwege de ingezakte vraag vanuit de automobielsector, maar nu zijn ze deels uit de markt of concentreren zich op de productie van halffabricaten als knuppels en plakken. Het zijn echter fabrieken van beperktere omvang. Een enkele fabriek in die regio bood 1,5 week terug nog aan met een basisprijs van € 1.250 per ton met daar bovenop nog een energietoeslag met daarbij de conditie van vooruitbetaling. Echter die basisprijs is alweer geschiedenis. De meeste EU-staalfabrieken hanteren nu ook weer het principe “eigen klant eerst”, waarmee ze bedoelen, dat zodra ze weer terug in de markt komen allereerst vaste afnemers bediend zullen gaan worden en nieuwe potentiële afnemers in de wachtkamer gaan.
De automobielbranche wordt nu ook weer hard getroffen door de oorlog in Oekraïne. Waren het eerder de gevolgen van de Corona-pandemie en het -nog steeds aanhoudende- tekort aan halfgeleiders, nu worden de automobielfabrieken geconfronteerd met problemen bij de levering van allerhande onderdelen zoals kabelbomen, die in Oekraïne worden geproduceerd. Diverse productielijnen van hybride modellen liggen als gevolg hiervan compleet stil en lopende bestellingen kunnen wellicht pas in 2023 worden geleverd.
Wanneer gaat de situatie verbeteren? Die vraag geldt niet alleen voor de staalmarkt maar voor allerhande andere grondstofmarkten zoals van graan, zaden en energie. Die vraag is natuurlijk heel lastig te beantwoorden, want het is echt in de glazen bol kijken. Een ding is zeker en wel dat wij hopen op een spoedige verbetering om te beginnen, vooral voor de Oekraïense bevolking, dat enorm te lijden heeft door deze oorlog.