Agenda: PCE-inflatie en BBP VS 14:30 uur
Vandaag staat er een sloot macro-economische cijfers geagendeerd, waaronder drie belangrijke uit de VS: het aantal opties op koopwoningen, een tweede raming van de groei van de Amerikaanse economie en de PCE-inflatie.
Vooral de PCE-inflatie zou weleens wat teweeg kunnen brengen, want dit is de belangrijkste inflatiemaatstaf voor de Federal Reserve. De beleidsmakers letten vooral op de kern-PCE, waarin de prijzen van voedsel en energie buiten beschouwing zijn gelaten. Dit cijfer steeg in september met 0,3% op maandbasis: het hoogste niveau in vijf maanden. Analisten verwachten voor oktober eenzelfde stijging. Op jaarbasis was de PCE-kerninflatie in september met 2,7% gestegen (zie grafiek). Economen verwacht dat deze nu iets is opgelopen naar 2,8%.
De reguliere PCE-inflatie bedroeg de vorige keer 0,2% op maandbasis en 2,1% op jaarbasis. Economen verwachten dat deze zal uitkomen op respectievelijk 0,2% en 2,3%.
Zoals u kunt zien zijn zowel de reguliere PCE-inflatie als de PCE-kerninflatie nog altijd hoger dan de 2% op jaarbasis die de Federal Reserve nastreeft. Dat is nu nog niet erg zorgelijk, maar dat kan veranderen als volgend jaar een handelsoorlog wordt ontketend. Dat kan een opwaartse druk hebben op de inflatie en de Fed dwingen om de rente langer hoog te houden. Dat is vooral ongunstig voor groeiaandelen, maar ook voor beleggers in goud.
Het Amerikaanse BBP over het derde kwartaal zal waarschijnlijk wat minder deining veroorzaken, tenzij de tweede raming sterk afwijkt van de eerste. De eerste meting duidde op een groei van 2,8% op jaarbasis. Dat was toen een kleine tegenvaller: economen hadden gerekend op een groei van 3%, net als in het tweede kwartaal.