voda schreef op 20 juli 2012 16:10:
'Grote renteverschillen eurozone houden aan'
Gepubliceerd op 20 jul 2012 om 11:11 | Views: 871
AMSTERDAM (AFN) - De grote renteverschillen in de eurozone houden de komende tijd onverminderd aan. Het reddingsplan voor de zwakke Spaanse banken en de nieuwe bezuinigingen die dat land heeft aangekondigd, nemen de onzekerheid over de financiële toekomst van zuidelijke landen nauwelijks weg, stelden handelaren vrijdag bij een rondvraag door persbureau Reuters.
De eurolanden ronden vrijdag naar verwachting de overeenkomst over het reddingspakket ter waarde van 100 miljard euro voor de zwakke Spaanse bankensector af. In de aanloop naar die overeenkomst klom de rente op 10-jarige Spaanse obligaties tot het onhoudbaar hoge niveau van 7,1 procent.
Veel handelaren gaan ervan uit dat Spanje uiteindelijk bij Europa moet aankloppen voor een volledig pakket aan noodleningen, waarbij niet alleen de banken maar ook de overheid uit de brand wordt geholpen. Beleggers verruilen hun Spaanse obligaties daarom steeds meer voor die van eurolanden die als veiliger worden beschouwd.
Frankrijk
Dit heeft de rente op Duitse 10-jaarsobligaties al gedrukt tot het historisch lage niveau van 1,2 procent. De laatste weken gaan echter vooral de rendementen op Frans en Belgisch staatspapier hard onderuit. De obligaties van die landen staan er nog altijd relatief goed op bij de kredietbeoordelaars en bieden met 2 tot 2,5 procent vooralsnog een iets hogere rente dan die van Duitsland en Nederland (1,6 procent).
Handelaren vragen zich wel af hoe lang de populariteit van de Franse obligaties aanhoudt. De overheidsfinanciën van Frankrijk staan er niet veel beter voor dan die van Spanje. Terwijl de Spaanse regering onlangs opnieuw forse bezuinigingen heeft aangekondigd, verlaagde de Franse president François Hollande onlangs de pensioenleeftijd voor een deel van de werkenden. Daarnaast moet hij nog op zoek naar ruim 30 miljard euro aan bezuinigingen voor volgend jaar.
Obligatiedeskundige Richard McGuire van Rabobank wees er in dit verband op dat beleggers momenteel een duidelijke grens hebben getrokken ,,die loopt over de Pyreneeën en de Alpen''. Ongeacht hun beleid worden de landen ten noorden van de bergketens gezien als de kern van de euro, de rest loopt in de ogen van de markt het gevaar te worden afgesneden van de monetaire unie.