Advocaat Mischaël Modrikamen eist 5,1 miljard euro schadevergoeding van BNP Paribas.
BNP Paribas sloeg de slag van de eeuw door Fortis Bank te kopen.
aDVOCAAT Mischaël Modrikamen
De val van Fortis mag dan al vijf jaar geleden zijn, dat wil niet zeggen dat het juridische stof is gaan liggen. Er lopen nog tal van rechtszaken. Een van de bekendste actoren op dat vlak is Modrikamen die in 2008 met het fameuze arrest van het hof van beroep van Brussel, en de daarop volgende algemene vergadering van Fortis van februari 2009, de opdeling van de groep bijna tegenhield. En daarmee mee de basis legde voor het latere Ageas.
De jongste jaren verdween de advocaat, die optreedt voor gedupeerde Fortis-aandeelhouders, wat naar de achtergrond. Maar dat wil niet zeggen dat hij niet langer actief is rond Fortis. Zo trekt hij naar het Hof van Cassatie tegen het arrest van begin dit jaar dat de immuniteit bevestigde van de Nederlandse staat en de Nederlandse centrale bank tegen vervolging in de zaak.
Namens bijna 1.200 misnoegde Fortis-beleggers heeft hij bovendien voor de rechtbank van koophandel van Brussel een procedure ten gronde lopen tegen de ontmanteling van Fortis - de rechtszaken van 2008 waren in kort geding. Het proces is gericht tegen de staatsholding FPIM, BNP Paribas, BNP Paribas Fortis en Ageas. De pleidooien ten gronde zijn voor de lente van 2014, maar Modrikamen laat nu al in zijn kaarten kijken.
In zijn conclusies gaat hij in extenso in op zijn bekende stellingen, namelijk dat de opdeling van de groep en meer bepaald de verkoop van Fortis Bank (nu BNP Paribas Fortis) aan BNP Paribas nooit hadden mogen gebeuren en daarom geannuleerd hadden moeten worden. Maar omdat dat in de praktijk niet realistisch is, vraagt Modrikamen een vervangende schadevergoeding. ‘De rechtbank gaat de bank niet doen terugkeren naar Fortis.’
Gewin
Ook een aantal operaties rond de ontmanteling, zoals de algemene vergadering van april 2009 die de splitsing finaal goedkeurde, verliep volgens hem niet rechtsgeldig. Telkens waren de ‘oude’ aandeelhouders van Fortis, die in het kapitaal zaten bij de val, de dupe, voert Modrikamen aan. Dat was ook het geval bij de verdeling van het geld dat de Nederlanders op tafel legden bij de overname van de Nederlandse Fortis-onderdelen. Wat dat laatste betreft bedisselden de Belgische staat en BNP Paribas volgens de advocaat, onder elkaar en met het oog op hun eigen gewin, dat slechts 4 van de 16,8 miljard euro van de Nederlanders voor de Nederlandse verzekeringstak was en dat dat geld naar Fortis diende te vloeien. De rest ging naar Fortis Bank (de Fransen dus) voor de bankpoot.
Maar vier andere instanties, twee groepen deskundigen aangesteld door rechtbanken en twee zakenbanken, kwamen aan een hogere waardering voor de verzekeraar: gemiddeld 5,8 miljard. ‘BNP Paribas heeft dus 1,8 miljard te veel gekregen en Fortis te weinig. Dat geld eisen we terug van de Franse groep’, zegt Modrikamen. Als de rechtbank dat extra bedrag verwerpt, vraagt hij in ondergeschikte orde en voorlopig - in afwachting van nader onderzoek - 500 miljoen. Dat is de meerwaarde voor de verzekeraar die de deskundigen van het hof van beroep van Brussel in 2009 redelijk achtten.
Bovendien komt de raadsman van de beleggers tot de conclusie dat de bank te goedkoop verkocht werd aan de Fransen, meer bepaald 3,3 miljard te goedkoop. Dat is het saldo van een aantal correcties op 9,4 miljard euro aan waardeverminderingen die werden doorgevoerd bij de overname.
Korting
Maar Modrikamen voert aan dat die verminderingen ten onrechte waren omdat de Fransen al een crisiskorting bedongen hadden. Hij wijst erop dat ook de groep deskundigen die aan de slag gingen op vraag van Deminor heel wat kritiek hadden op die 9,4 miljard. ‘Voor 1,9 miljard daarvan vonden ze geen enkele uitleg in de dossiers. De experts van het hof van beroep zetten dat bedrag zelfs onder het punt ‘etc’.’
3,3 en 1,8 miljard samen geeft 5,1 miljard euro, het bedrag dat de pleiter eist van BNP Paribas als genoegdoening voor Ageas, bovendien te verhogen met de klassieke intresten. Als compensatie voor het misbruik dat de staatsholding FPIM en BNP Paribas in de ogen van Modrikamen maakten van de zwakheid van Fortis, een strafrechtelijk vergrijp, om transacties door te drukken tegen een te lage prijs. Want het is duidelijk voor hem dat Fortis en de aandeelhouders buiten spel werden gezet. ‘BNP Paribas sloeg de slag van de eeuw door Fortis Bank te kopen.’
Ageas
Modrikamen eist ook een schadevergoeding van Ageas voor zijn cliënten. Het gaat om 7 euro per aandeel (voor de omgekeerde aandelensplitsing van vorig jaar), op te delen in 4 euro voor de transacties rond de bank en 3 euro voor die rond de Nederlandse activiteiten.
De advocaat voert aan dat het vroegere Fortis op meerdere punten in de fout ging. Bijvoorbeeld door geen reddingsplan uit te werken toen het slecht begon te gaan. Of door ‘manifest onregelmatige’ voorwaarden te hanteren voor de kapitaalinjectie bij de bank door de staat in het eerste reddingsweekend, ten nadele van de aandeelhouders. Hij zegt ook dat de raad van bestuur van de groep ‘een grote en evidente fout’ beging door derden op cruciale momenten de macht te laten overnemen. Dat dat ten koste van de rechten van de aandeelhouders ging, is een inbreuk op de eigen statuten