De Amerikaanse chipreus Intel bouwt een fabriek in Maagdenburg
Het gaat om mogelijk de grootste naoorlogse investering in Duitsland
Flinke overheidssubsidies moeten de kosten voor Intel drukken
Gerben van der Marel en Sandra Olsthoorn
Berlijn/Amsterdam
De Amerikaanse chipfabrikant Intel heeft gekozen voor het Duitse Maagdenburg als standplaats voor zijn eerste megafabriek van Europa. Het betreft een van de grootste naoorlogse investeringen van een buitenlands bedrijf in Europa. Meerdere Europese lidstaten hebben geprobeerd de fabriek naar zich toe te trekken. Intel gaat uit van stevige overheidssubsidies om de kosten te drukken.
De komst van de fabriek, waar volgens de nieuwste technologie de meest geavanceerde chips zullen worden gemaakt, past in de wens van de Europese Commissie om Europa minder afhankelijk te maken van andere landen voor de toelevering van chips. Met de vorige maand gepresenteerde Europese Chips Act zijn de mogelijkheden voor lidstaten om subsidies te geven sterk verruimd.
Er is binnen Europa lang geconcurreerd om de gunst van Intel. Ook Nederland heeft zich bij het bedrijf gemeld om te bespreken of de fabriek hier kon worden gebouwd, vertelt Maurits Tichelman, vicepresident sales en marketing bij Intel, in een toelichting op de plannen van het bedrijf.
Hoe concreet die gesprekken zijn geworden en waarom Nederland is afgevallen, wil hij niet zeggen. ‘Er spelen bij de keuze voor de plek van zo’n fabriek veel factoren mee. Deze kan bijvoorbeeld niet in de buurt van een luchthaven of treinrails komen. Maagdenburg voldeed aan alle operationele eisen.’
De te bouwen megafabriek kost Intel €17 mrd en moet vanaf 2027 in productie zijn. Maar om de chips die er worden gemaakt in prijs concurrerend te laten zijn met die van de Intel-concurrenten TSMC uit Taiwan of Samsung uit Zuid-Korea verwacht het bedrijf wel flinke subsidies uit Duitsland en Europa. Dat moet de kosten voor Intel uiteindelijk drukken. ‘Er moet ten opzichte van de productiekosten in die landen een verschil worden overbrugd van 30% tot 50%’, aldus Tichelman.
Gesprekken over de inbreng van publiek geld zijn nog gaande met de Europese Commissie en Duitsland. ‘De gesprekken zijn in een vergevorderd stadium’, zegt Tichelman. ‘En het zijn gezonde gesprekken. Anders zouden we deze aankondiging ook niet doen.’ Als grootste economie van Europa kan Duitsland het diepst in de buidel tasten voor de subsidies aan het Amerikaanse bedrijf. Eerder wist Duitsland onder meer Nederland af te troeven met het binnenhalen van de fabriek van Tesla bij het vliegveld van Berlijn. De nieuwe Duitse regering wil van Duitsland een wereldwijde vestigingsplaats voor de halfgeleiderindustrie maken. Duitsland haalt met de investeringen van Intel tienduizenden banen naar de regio ten westen van Berlijn.
In totaal investeert Intel de komende tien jaar €80 mrd in Europa. Naast de fabriek in Duitsland komt er een onderzoekscentrum in Frankrijk en wordt €12 mrd geïnvesteerd in een bestaande Intel-fabriek in Ierland, waar minder geavanceerde chips worden gemaakt. Daarnaast investeert Intel in productiefaciliteiten in Italië, Spanje en Polen en zegt het bedrijf samen te werken met Europese universiteiten, waaronder die in Delft.
Intel heeft in het gebruik van de nieuwste technologie in zijn productieproces een inhaalslag te maken op grootmachten TSMC en Samsung. En het bedrijf zal in Maagdenburg net als zij halfgeleiders maken voor derden, iets wat het bedrijf nu nog niet doet. Met Intel zal in Europa ook voor het eerst voor massaproductie van chips gebruik worden gemaakt van de EUV-machines van het Nederlandse ASML.
ASML-ceo Peter Wennink noemt de aankondiging van Intel ‘goed voor Europese economie en de strategische autonomie die Europa zoekt.’ Volgens Wennink staat de wereld aan het begin van een digitaliseringsslag en zal chiptechnologie ‘een fundament zijn onder veel van de oplossingen die we nodig hebben voor grote maatschappelijke uitdagingen’. Hij adviseert Europa wel om ook in oudere chiptechnologie te investeren.
Het Europese streven om een peperdure fabriek met de allernieuwste chiptechnologie binnen te halen is niet onomstreden. Europa heeft vooralsnog geen bedrijven die producten maken waar dergelijke chips voor nodig zijn. De fabriek is dan ook geen antwoord op de huidige problemen van de belangrijke Europese auto-industrie om aan voldoende chips te komen. Toch zegt Tichelman van Intel te verwachten dat de auto-industrie op termijn een belangrijke klant van de fabriek kan worden omdat ook de technologie die daarin wordt gebruikt zich verder ontwikkelt.