Een volle kar in een Nederlandse supermarkt is goedkoper dan het Europese gemiddelde. © ANP
Boodschappen in Nederland goedkoper dan Europees gemiddelde: ‘Land van aanbiedingen’
Boodschappen in Nederland duur? Welnee. De voedselprijzen in de Nederlandse supermarkten behoren juist tot de laagste van Europa, blijkt uit een onderzoek van het Europese statistiekbureau Eurostat. In Zwitserland, Scandinavië, Duitsland en Frankrijk zijn de inwoners aanzienlijk slechter af. ,,Nederland is een land van aanbiedingen.”
Jurriaan Nolles 14-10-23, 03:00 Laatste update: 06:55
Nederland nestelt zich in een goedkoop rijtje met landen als Tsjechië, Albanië, Hongarije en Bulgarije. Met name brood en granen zijn hier relatief goedkoop: het prijspeil ligt 14 procent onder het Europese gemiddelde. Voor vis betalen Nederlanders bijna 12,5 procent minder. Melk, kaas en eieren liggen 2,5 procent onder het Europese prijsniveau.
Vergeleken met de gemiddelde Europese voedselprijzen betalen Nederlanders 2 procent minder voor een gemiddelde boodschappenkar.
Het Europese statistiekbureau heeft ook een categorie ‘overige voedingsmiddelen’, waaronder producten vallen als kant-en-klare maaltijden en salades, soepen, babyvoeding, specerijen en kruiderijen. Ook in die categorie ligt Nederland onder het Europese gemiddelde, zo’n 3,5 procent.
De uitkomst van het onderzoek verschilt sterk met de perceptie van veel Nederlanders, zeker in de grensstreek. Daar wordt juist vaak gewezen op lagere prijzen in met name Duitsland. Veel Nederlanders gaan daarom de grens over om boodschappen te doen.
Prijzen kunnen sterk verschillen
Helemaal onlogisch is dat volgens Eurostat niet, omdat individuele producten sterk kunnen verschillen. Als voorbeeld: vlees is in Nederland duurder dan in Duitsland, maar dat betekent niet dat elk specifiek vleesproduct daar daadwerkelijk goedkoper is.
Prijzen kunnen behoorlijk verschillen binnen een land, en zelfs tussen regio’s en winkeltypes. Bovendien kunnen bedrijven in grensregio’s ervoor kiezen hun prijsbeleid of productaanbod aan te passen om klanten van over de grens aan te trekken. Toch is het algemene beeld duidelijk: de gemiddelde boodschappenkar is in Nederland aanzienlijk goedkoper dan in de ons omringende landen.
Rob Morren, marktanalist voeding bij ABN Amro, herkent de conclusies van het onderzoek, maar brengt nuance aan: ,,Vergeleken met Nederland heeft Duitsland vaak lagere basisprijzen, maar Nederland heeft veel meer producten in de promotie.’’
Dan gaat het om reguliere kortingen, maar ook aanbiedingen als ‘2 voor de prijs 1’ of ‘3 halen 2 betalen’. Ruim een kwart van de boodschappen die Nederlanders doen is in de aanbieding, maar dat aantal ligt in Duitsland lager. Bovendien is de btw op voedsel in Duitsland lager dan in Nederland.
,,Het loont bij sommige producten om prijzen te vergelijken en in grote hoeveelheden te kopen. Dat geldt met name voor de A-merken’’, zegt Morren. Supermarktbedrijven hebben in een groot land als Duitsland bij Coca-Cola, Pepsi en Nutella een grote inkoopmacht, omdat de afzetmarkt daar veel groter is. Onlangs sloot Jumbo zich nog aan bij een grote Europese inkooporganisatie om zo betere prijzen voor de klanten te bewerkstelligen.
Veel Nederlandse klanten kijken juist voor die A-merken naar het buitenland. De andere dagelijkse boodschappen kunnen ze gemakkelijk in eigen land kopen, maar het voordeel zit ’m bij die grote merken. Michiel Muller, mede-oprichter van onlinesupermarkt Picnic, maakt zich daar al lang druk over. ,,Waarom zou een pot van precies dezelfde appelmoes van Hak in Duitsland goedkoper zijn dan in Nederland’’, zegt hij.
14 miljard
Eerder onderzoek van de Europese Commissie laat zien dat alle Europese klanten samen jaarlijks 14 miljard euro zouden kunnen besparen als landen waar de prijzen hoog zijn, producten uit landen zouden halen waar het goedkoper is. Fabrikanten hebben zelf de keuze aan welk land ze verkopen, bovendien kan het winkeliers moeilijk worden gemaakt door te spelen met de taal op etiketjes. Als een etiket Frans of Duits is, mag het niet in Nederland worden verkocht.
Muller windt zich daar over op: ,,Verkeer van personen en goederen is in Europa vrij en de fabrikanten profiteren daarvan door in Europa centraal te produceren en zo efficiënter te zijn. Maar de Europese consument krijgt dit voordeel niet, omdat de producten door allerlei trucjes niet de grens over mogen. Zo mogen we in Nederland geen Coca-Cola met een Duits etiket verkopen, terwijl de ingrediënten in onze app staan of simpelweg met een QR-code op het etiket kunnen staan. Dat is een vorm van volksverlakkerij, want veel producten komen gewoon uit dezelfde fabriek.’’
De Nationale Winkelraad van MKB-Nederland, het Centraal Bureau voor Levensmiddelenhandel (CBL) en de Raad Nederlandse Detailhandel (RND) klagen al langer over deze ‘territoriale leveringsbeperkingen’. Na een oproep heeft demissionair minister Micky Adriaansens van Economische Zaken aangekondigd onderzoek te gaan doen.
‘Duitsers komen naar Nederland voor onze koffie, brood, kaas en paracetamol’
Gerard van den Tweel is niet verbaasd over de uitkomst van het onderzoek. De supermarktondernemer heeft meerdere Albert Heijn-vestigingen, maar het meest interessant in deze kwestie is zijn ‘grenswinkel’ van 6000 vierkante meter in het Twentse Buurse. Iedere week komen hier tienduizenden Duitse en Nederlandse klanten.
Midden door de winkel loopt de Nederlands-Duitse grens, waardoor hij zowel in Nederland als Duitsland kan inkopen. Van den Tweel weet als geen ander waar boodschappen het goedkoopste zijn. Veelzeggend is dat van de weekomzet van 1 miljoen euro, ongeveer 80 procent afkomstig is van Duitsers. ,,Zij komen bijvoorbeeld voor onze koffie, brood, kaas, typisch Nederlandse zoetwaren zoals drop en gevulde koeken, verswaren en paracetamol.’’
Ook de Nederlanders laten zich niet onbetuigd, want ‘wij’ komen massaal naar de in Duitsland gelegen slijterij van de grenswinkel voor tabak en alcohol. De btw en accijnzen zijn in Duitsland lager dan in Nederland. Het onderzoek van Eurostat laat ook zien dat vlees, olie en vetten in Nederland juist relatief duur zijn, iets wat Van den Tweel kan bevestigen.