Worden auto’s onbetaalbaar? Zorgen over de toekomst nu iedereen elektrisch moet gaan rijden
Op 31 december 2034 rijdt in Europa de laatste brandstofauto de showroom uit. Zijn we tegen die tijd klaar voor het afscheid van benzine en diesel? En kan iedereen de stap naar duurzaamheid betalen?
Ton Voermans 01-04-23, 06:00
Ho, wacht even! Han ten Broeke, voorzitter van autobranchevereniging Bovag, gaat even op de rem staan. 1 januari 2035 wordt níét de sterfdatum van de brandstofauto. Dan rijden er nog altijd 7,5 miljoen auto’s op fossiele brandstof in Nederland, tegenover naar schatting 2,5 miljoen auto’s op elektriciteit. Dus afscheid van benzine en diesel? Het wordt wel 2050 voor de benzineauto naast de stoommachine in het museum prijkt. Een nieuwe brandstofauto die eind 2034 wordt gekocht, gaat immers nog bijna twintig jaar mee.
Lees ook
Elektrische auto's zijn relatief snel total loss en dit is waarom
Maar dát de dagen van de verbrandingsmotor zijn geteld, is duidelijk. Oké, Duitsland stribbelt nog tegen, maar het zou ook geen pas geven als onze buren staan te juichen bij het EU-besluit. Honderdduizenden banen staan op de tocht in het land van VW, Audi, Mercedes en BMW. Want, zoals Bosch zegt, wereldwijd de grootste toeleverancier voor de auto-industrie: ‘Voor het maken van één moderne dieselmotor heb je honderd mensen nodig. Voor het maken van een benzinemotor heb je tien mensen nodig. Een elektromotor kan één werknemer in elkaar zetten.’
Wie durft te zeggen: als we de energietransitie serieus nemen, dan zorgen we ervoor dat iedere Nederlander straks een betaalbare schone auto voor de deur heeft?
Han Ten Broeke, Bovag
Technisch is de elektrische auto een duidelijk geval. Hij is drie keer efficiënter met energie dan een benzineauto. Geen uitstoot van CO2, veel minder herrie en ook voor de luchtkwaliteit is de elektrische auto veel beter. Inmiddels zijn er vele tientallen modellen te koop. Bijna alle traditionele automerken hebben van veel modellen ook een elektrische variant. En er zijn ook steeds meer fabrikanten die alleen maar elektrische auto’s maken. Tesla natuurlijk, maar ook veel Chinese merken maken zich klaar voor de Europese markt. Zelfs met de laadinfrastructuur zit het volgens deskundigen wel snor. Er zullen voldoende laadpalen zijn in 2035.
De geplande elektrische autorevolutie komt dus langzaam op stoom, ook al rijden er nu nog slechts 340.000 volledig elektrische auto’s in Nederland. Eigenlijk is er maar één enorm probleem: de prijs. Ten Broeke van de Bovag maakt zich vooral zorgen over die betaalbaarheid van de elektrische auto. De vrijheid van iedereen om een auto te kopen en te gaan en staan waar hij of zij wil, raakt onder druk als de auto’s niet snel in prijs dalen. Want de huidige elektrische automarkt is financieel niet voor iedereen bereikbaar. Tweedehands zijn ze er amper. En nieuwe auto’s met een stekker blijven veel duurder dan de brandstofvarianten.
Vanaf begin jaren 70 kon ook de ‘gewone’ Nederlander zich een auto permitteren. Gevolg: een hausse aan gemotoriseerde uitstapjes. © Nationaal Archief/Collectie Spaarnestad/Fotograaf onbekend
Voor een elektrische Skoda betaal je al bijna 50.000 euro
Neem de twee populairste elektrische auto’s in Nederland van vorig jaar, de Skoda Enyaq en de Tesla Model Y. Die kosten in de kaalste uitvoering net geen 50.000 euro. Bij die basisuitvoering van de Enyaq is de actieradius minder dan 400 kilometer en met de Tesla komt u maar net iets verder. Een kleinere elektrische stadsauto zoals de Peugeot e-208 dan? Vanaf 34.000 euro en u kunt er nog geen 300 kilometer ver mee rijden. Ter vergelijking: een nieuwe Peugeot 208 op benzine kost 10.000 euro minder dan het elektrische broertje en met een volle tank rijdt u zo 800 kilometer. Wie een elektrische auto met een actieradius van 800 kilometer wil, moet een Mercedes EQS bestellen. Die haalt dat bijna, maar heeft een vanafprijs van 109.000 euro.
,,We hebben een nieuwe Joop den Uyl nodig’’, zegt Ten Broeke. Den Uyl, de roemruchte PvdA- premier (1973-1977), zei eind jaren 60 dat ‘alle mensen recht hebben op een eigen auto voor de deur, óók de arbeiders’. In de jaren 70, toen de inkomensgroei ongekend was, werd die belofte verzilverd. Een tweedehands DAF, VW Kever, Opel Kadett of Simca was ook voor ‘de arbeider’ betaalbaar. Reizen en de vrijheid om in de zomervakantie andere landen te verkennen werden zo alom mogelijk.
Mensen zoeken een alternatief voor de auto die ze nú hebben. Een betaalbare auto die 500 kilometer kan rijden
Rik Baert, Fontys Hogeschool
,,Hoe krijgen we nu hardwerkend Nederland in een betaalbare elektrische auto? Wie is de nieuwe Joop den Uyl?’’, vraagt Ten Broeke, voormalig Tweede Kamerlid voor de VVD, zich af. ,,Wie durft te zeggen: als we de energietransitie serieus nemen, dan zorgen we ervoor dat iedere Nederlander straks een betaalbare schone auto voor de deur heeft. Die visie bestaat niet in de politiek op dit moment.’’
Elektrische auto's zijn de afgelopen jaren alleen maar duurder geworden
Toch zijn er vergelijkingen die laten zien dat de totale kosten van het rijden van een elektrische auto (onderhoud, energie, inruilwaarde) lager zijn dan van een benzineauto. Nu al. ,,Dat klopt’’, zegt hoogleraar infrastructuur Bert van Wee (TU Delft). ,,Maar veel mensen redeneren: hoeveel geld heb ik en wat kan ik daarvoor kopen? Ze kijken niet naar de totale kosten van het autorijden in de jaren dat ze die auto zullen hebben. Vergelijk het met mensen die nog geen zonnepanelen hebben. Je kunt voorrekenen dat ze die binnen zes jaar terugverdiend hebben en toch doen ze het niet omdat het nu duur is voor ze.’’
Rik Baert, lector verbrandingsmotoren aan de Fontys Hogeschool, zei het vorige week bij het 125-jarig jubileumsymposium van automobielclub KNAC zo: ,,Mensen zoeken een alternatief voor de auto die ze nú hebben. Een betaalbare auto die 500 kilometer kan rijden. Zo’n actieradius vergt een grote batterij en de extra kosten daarvan zijn voor een klein autootje gewoon niet te dragen. Ik maak me zorgen dat straks de gewone man het zich niet meer kan permitteren om een auto te rijden. Omdat er voor hem geen betaalbaar alternatief is. Dat heeft nóg een groot gevolg. Auto’s maken is massaproductie. Als die massa wegvalt, worden auto’s nóg duurder.’’
Ook bij het feestje van de KNAC ging het vooral over de vraag: wie kan elektrisch rijden nog betalen? Gaan we echt terug naar de jaren 60 toen autorijden iets voor de elite was? Wel als in het komende decennium niets verandert aan de aanschafprijs. En het wrange is: elektrische auto’s worden maar niet goedkoper. Doorgaans is massaproductie garantie voor dalende prijzen, maar door de schaarste aan metalen voor het batterijpakket zijn elektrische auto’s de afgelopen jaren alleen maar duurder geworden.
Gezin in een Daf met open dak, circa 1964. Betaalbare personenauto's maakten het autorijden bereikbaar voor het grote publiek. © Spaarnestad Photo/Pim Stuifbergen