Ronald Plasterk heeft in de Telegraaf van 26 februari een column geschreven met de titel: "zwevende kiezer moet niet naïef zijn: mijn inziens zeer lezenswaardig
COLUMN:
Er zijn steeds meer politieke partijen, en we hebben een VVD-premier die links beleid voert over klimaat en Europa. Dat is verwarrend, en de kiezer moet een stem uitbrengen. Geen wonder dat er steeds meer aandacht uitgaat naar Stemwijzer, Kieskompas en andere online hulpmiddelen die een geadviseerde keuze voor je maken. Maar daar moet je mee oppassen.
Je zou zeggen: ideaal die hulpmiddelen! Politieke partijen hebben de kans gehad hun programma’s op te stellen. Vervolgens halen teams van onafhankelijke wetenschappers uit de berg programma’s een serie vragen, verspreid over allerlei onderwerpen. De kiezer thuis kiest per vraagstuk wat hij of zij ervan vindt, en dan vertelt de website welke partij het dichtst bij je standpunt komt, welke als tweede, enzovoort.
De sites zijn zo mooi gemaakt dat je kunt bekijken welke partijen wat vinden over ieder onderwerp, en je kunt dus ook doorzien hoe het komt dat je tegen je verwachting in bij een bepaalde partij bent uitgekomen. Je kunt zelfs gaan knutselen: als ik bij nader inzien toch dit zou vinden, dan kom ik alsnog uit op de partij waar mijn hart ligt. Kortom; de ideale oplossing voor alle zwevende kiezers!
Toch klopt dit ideaal niet, om een aantal redenen. Ten eerste moeten we niet naïef zijn. Politieke partijen weten bij het opstellen van hun programma’s precies wat de kiezers vinden over al die onderwerpen. In de ideale wereld maken partijen hun programma’s vanuit hun principes, maar in de praktijk met de tabellen met kiezersonderzoek erbij op tafel. Ze weten precies welk percentage kiezers wat vindt, maar ook welke onderwerpen voor een kiezer deal-breakers zijn.
Aandikken
Je kunt standpunten afzwakken, of aandikken, soms weglaten. Iedere partij weet wat haar doelgroep vindt, en op welke onderwerpen twijfelaars binnen te halen zijn. Die verkiezingsprogramma’s zijn nauwgezet opgesteld met het oog op de score in kieswijzers.
Ten tweede zijn er inmiddels 37 partijen die dit doen. Daarbij zitten afsplitsingen van afsplitsingen. Bij het vervullen van een vacature in een kaas- en wijnwinkel zou je altijd even opletten bij een sollicitant die in de afgelopen drie jaar vier keer een job-hop heeft gedaan. Maar al die 37 partijen doen even zwaar mee bij de kieskompassen, en zodoende helpen kieskompassen onbetekenende splinterpartijen aan mogelijke kiezers. Kieskompassen wegen niet of een partij stabiel is, goede mensen levert, kan besturen. Goede kans dat je na het invullen uitkomt op pimpelpaars.nl.
Twijfelen
Dan is er de keuze van de vragen. Er is geen reden om te twijfelen aan de neutrale bedoelingen van de opstellers van de kieswijzers, maar natuurlijk maakt het uit of je vraagt ’Wilt u één Europees leger onder Brusselse leiding?’, want daar zullen de meeste mensen nee op zeggen, of ’Wilt u Europese samenwerking voor meer efficiëntie op gebieden zoals defensie?’; daar zeg je eerder ja op. Idem voor vragen over groene energie (wie is daar tegen?), dan wel over het vol zetten van natuurgebieden met zonnepanelen; daar is niemand voor.
Die subjectiviteit is onontkoombaar en die geldt ook bij de keuze van de onderwerpen. Als je vindt dat een grote ontwikkeling van deze tijd is dat we macht aan Brussel verliezen, dan stel je daarover vijf van de dertig vragen, en weegt het Europa-standpunt zwaar in de partijkeuze die er uit de vragenlijst komt. De makers doen ongetwijfeld hun uiterste best hun ’meetinstrument’ neutraal te maken, maar geen enkel interview, geen enkele ondervraging en geen enkele vragenlijst is neutraal.
Vervolgens: je meet met stemhulpen alleen de standpunten die partijen in hun programma opschrijven, niet wat ze in het echt doen. Niemand garandeert wat er gebeurt na de verkiezingen. Feitelijk staan de politieke programma’s vol punten die partijen bij de eerste de beste gelegenheid zullen inleveren. GL belooft alle jongeren 10.000 euro. Op zich al een reden om niet op die partij te stemmen. Maar wie het wél doet, zal zien: de partij zal zich verdringen om mee te mogen praten in het Torentje, en deze belofte zal daarbij direct in de Hofvijver belanden.
Onderhandelingen
Er zijn ook partijleiders die van hun achterban onuitvoerbare programpunten hebben meegekregen, en denken: ach, die leveren we dan bij de onderhandelingen wel in. Kortom: het gaat er niet alleen om wat een partij in het verkiezingsprogramma zet, maar ook of ze eraan vast zal houden.
De online stemhulpen zijn leuk om in te grasduinen, en natuurlijk is het spannend om eens in te vullen en jezelf erop te betrappen dat je antwoorden het dichtst bij die van partij X zitten. Uiteindelijk zou het heel onverstandig en onlogisch zijn om zomaar te stemmen op de partij die de stemhulpen bovenaan zetten. Om alle bovengenoemde redenen, en vooral omdat de beste voorspeller van toekomstig presteren het presteren in het verleden is. De rol van het verkiezingsprogramma is niet per se doorslaggevend; de hamvraag is: wie vertrouw je de toekomst van het land toe?