Beleggingsgoeroe Kraland onder vuur genomen vanwege omstreden praktijken
3 augustus 2009 | Het Financieele Dagblad
Door: Jonker, S.;Hooft van Huysduynen, M.
Marcel Hooft van Huysduynen en Saskia Jonker
Als Michael Kraland wordt beschuldigd van vals spel, gaat hij in de aanval. Op zijn website Inveztor schreef hij vorig jaar: 'Mijn advocaat is één telefoontje verwijderd en wie smaad pleegt, krijgt gewoon een procedure.' Hij voegt twee keer de daad bij het woord.
Amsterdam
In Frankrijk heeft Kraland het bedrijf Eco Emballage aangeklaagd wegens smaad. Het recyclingbedrijf zegt tientallen miljoenen euro's te hebben verloren op beleggingen die het bedrijf via Kraland pleegde. Kraland heeft minstens euro 3,5 mln aan commissies van de fondsen gekregen. Een groot deel is afkomstig van het Zwitserse beleggingsfonds Auriga, waarvoor Kraland jarenlang als vertegenwoordiger optrad.
Dat stelt Eco Emballage althans. Het bedrijf liet accountant Deloitte de zaak uitzoeken en maakte het onderzoeksrapport vervolgens openbaar. Kraland, die het een onzinverhaal noemt en spreekt van een mediahetze, pikt dat niet en heeft de zaak voor de Franse rechter gebracht. Eco Emballage heeft Kraland inmiddels ook gedagvaard.
Ook in Nederland staat Kraland binnenkort voor de rechter. Hij heeft Hans-Poul Veldhuyzen van Zanten gedagvaard, een van de aandeelhouders van iex.nl, de grootste beleggerswebsite van Nederland. Veldhuyzen van Zanten, die de dagvaarding bevestigt maar geen commentaar geeft, heeft Kraland op iex.nl beschuldigd van meerdere onregelmatigheden. Zo heeft Kraland volgens hem verzwegen dat hij actief was voor Auriga. Volgens Kraland is dat niet waar. Hij noemt Veldhuyzen van Zanten 'een concurrent die mij al vier jaar bestookt met allerlei ellende'.
Michael Kraland is een bekend figuur in het Nederlandse beleggingswereld. Hij exploiteert een eigen beleggerswebsite Inveztor, waarin de moeder van Het Financieele Dagblad een minderheidsbelang heeft, en schrijft columns voor onder meer deze krant. Een aanzienlijke groep beleggers volgt hem en belegt met hem mee. Maar hij is ook controversieel. Niet alleen in Frankrijk, waar de centrale bank in 2002 zijn vergunning al eens introk, ook hier.
De kritiek richt zich op de vermenging van zijn activiteiten. De zichzelf als 'belegger, financier en wijnkenner' omschrijvende Kraland is ook actief als betaald vertegenwoordiger van verschillende binnen- en buitenlandse beleggingsfondsen. Daarnaast is Kraland zelf belegger. Critici vinden dat hij te weinig openheid betracht over de verschillende belangen die hij dient.
Kraland moet zich op zijn website Inveztor al zeker anderhalf jaar verweren tegen beschuldigingen van 'pumping and dumping'. Hij zou de koersen van een reeks kleine, minder liquide, vaak buitenlandse beursfondsen met positieve berichten helpen oppompen. Terwijl zijn lezers gretig instappen, dumpt hij achter hun rug zijn eigen aandelen, luidt de klacht. Deze praktijk kan strafbaar zijn, bijvoorbeeld als er sprake is van misbruik van voorkennis.
Vorig jaar werd Kraland op Inveztor aangevallen over zijn handel in Ryland Oil, een startend olie-exploratiebedrijfje in Canada. Kraland zette in april 2008 enkele dagen achtereen zeer optimistische berichten over het bedrijf op Inveztor (zie kader). Op 20 april schreef hij bijvoorbeeld: 'Maandag kopen we 80.000 aandelen bij. We zijn ervan overtuigd dat Ryland erg veel olie gaat vinden.' Maar kort daarop meldde Kraland dat hij niet 80.000 aandelen had gekocht, maar 1,3 miljoen stuks van de hand had gedaan.
Dat schoot verschillende lezers van Inveztor in het verkeerde keelgat. 'Michael pas op, dit komt toch wel griezelig in de buurt van pump en dump, ik kan het niets anders zeggen', schreef Bart Meerdink, die deze krant overigens niet kon achterhalen, op de website. 'Ik vind de timing vreemd, ik hou hier een nare nasmaak aan over', schreef ene Mikee.
Kraland ontkent 'elke vorm van pum en dump-activiteiten'. Maar wie de vele honderden berichten op Inveztor doorneemt, komt zulke beschuldigingen regelmatig tegen.
Ryland Oil is veelgenoemd, net als een reeks andere kleine, wat obscure Canadese bedrijven waarover Kraland schrijft, zoals Xemplar, Rainy River en Opal. Al deze bedrijven zijn actief in de winning van delfstoffen en genoteerd op de TSX Venture Exchange, een alternatieve, licht gereguleerde beurs in Toronto, waarvan bekend is dat er 'pumping and dumping'-praktijken voorkomen.
In een opmerkelijk publiek debat op zijn website wijst Kraland de aantijgingen met enig dedain van de hand. 'Wie hier graag een complot in ziet, die moet zelf weten hoe hij zijn kostbare tijd besteedt', aldus Kraland na de kritiek op zijn handelen rond Ryan Oil in april 2008. De verkoop was volgens Kraland nodig omdat hij een pakket warrants, dat hij ook beheerde, wilde gaan uitoefenen.
Kraland zegt steeds 'full disclosure' te geven. Ook schrijft hij: 'Omdat ik transparant ben en soms succes heb, leidt dat tot veel jaloezie bij sommige mensen.'
Andere Inveztor-lezers vallen hem overigens bij. 'Ik ben het enorme gezeur van alle teleurgestelde personen meer dan zat', schrijft er een. Een lezer die zich Grat noemt spreekt over 'een pijnlijke en volstrekt ongefundeerde beschuldiging. Daarbovenop komt een insinuatie dat Michael Kraland zich verrijkt ten koste van de lezers van Inveztor. Nonsens van het zuiverste soort.'
Kraland heeft toegegeven fouten te hebben gemaakt Op de meeste Canadese penny stocks die hij heeft beschreven zijn verliezen geleden. Mede hierdoor is de waarde van Kralands Polderportefeuille, een soort modelportefeuille, in 2008 gehalveerd.
Eind februari van dit jaar schrijft Kraland over het aandeel Ryland: 'Ryland is eigenlijk vooral een teleurstelling geworden. Ik heb zelf nog veel aandelen en kan er niet zomaar uit, maar ik wil u er niet in houden.' Refererend aan de groep Canadese olie- en mijnbouwfondsen schrijft Kraland in het bericht zich 'te veel te hebben laten meesleuren met de grondstoffenzaken waar ik in zat. Achteraf denk ik dat het een kwestie is geweest van te dicht erop zitten en teveel erin. Waarnemers zien meer dan deelnemers. Inmiddels heb ik wat afstand genomen.'
Wat Kraland precies bedoelt met 'afstand nemen' is niet duidelijk. Hij zegt enerzijds onafhankelijk te zijn, maar tegelijkertijd wekt hij regelmatig de indruk eerder dan anderen over inside informatie te beschikken. Over Ryland schrijft hij april vorig jaar: 'Het zou goed kunnen dat er een grote verkoper in zit. Iemand die blokken van 50.000 stuks erdoor ramt, iemand die 20 miljoen stukken kocht toen het aandeel op 1,76 piekte. Iemand die afgelopen zondag speciaal naar Londen kwam om (het bedrijf) te spreken. Iemand die vandaag nog een van zijn medewerkers naar de presentatie van Ryland in Parijs stuurde. Kortom, iemand die ik wel ken. Maar zeker weten doe ik het niet, dat begrijpt u natuurlijk.'
Ook de precieze aard van zijn relatie met Providia, een effectenbank met vestigingen in Canada, Londen en Ierland, roept vragen op. Providia heeft niet alleen Ryland Oil geholpen met het plegen van een aandelenemissie, maar ook Xemplar, Rainy River, Opal en Skana - allemaal bedrijven waarover Kraland schrijft. Bij meerdere van deze bedrijven, waaronder Ryan Oil, zit een directeur van Providia in het bestuur. Uit de website van Providia blijkt niet dat de bank ook andere klanten heeft.
Kraland maakt er geen geheim van contacten met Providia te onderhouden. Vertegen