De farmareus AbbVie ziet dan toch geen brood in het nieuwe reumamiddel dat het biotechbedrijf Ablynx aan het ontwikkelen is. Ablynx-topman Moses blijft positief.
Afgelopen zomer werd al duidelijk dat het partnerschap tussen Ablynx en het Amerikaanse farmabedrijf wankelde. Ablynx presenteerde de resultaten van een grootschalige patiëntenstudie voor vobarilizumab, zoals zijn reumamedicijn momenteel door het leven gaat. Beleggers waren niet overtuigd en sindsdien zit het aandeel op een roetsjbaan. Na de tuimelperte van gisteren, is het aandeel sinds begin dit jaar bijna gehalveerd. Voor Ablynx is het reumamedicijn een van zijn speerpunten, maar gelukkig niet het enige.
Had u de beslissing van AbbVie zien aankomen?
Edwin Moses (CEO Abblynx): We hadden er totaal geen zicht op. Totaal niet. Sinds het begin van de samenwerking in 2013 was ik regelmatig in gesprek met een topman van AbbVie, de senior vice president voor strategische partnerschappen. Maar van zodra we de vorige studie hadden afgerond, werd het stil. We stuurden hen de data die ze wilden. En dan zeiden ze 'dank u', zonder enig ander signaal te geven. Woensdagavond hebben ze mij gebeld en kort daarna werd dat in een officieel document bevestigd.
Heeft AbbVie laten weten waarom ze afhaken?
Moses: 'Nee. Maar je kan er niet naast kijken dat ze de voorbije jaren een volledige andere richting aan het uitvaren zijn. Ja, ze hebben met het reumamiddel Humira het best verkopende medicijn ooit. Maar als je naar hun presentaties kijkt, dan zijn er 175 slides over kankeronderzoek en 25 over ontstekingsziektes zoals reuma. Vorig jaar betaalden ze nog meer dan 20 miljard dollar van een bedrijf actief in kankermedicijnen. Het heeft eerder daar mee te maken, en niet met ons medicijn.'
AbbVie liet eind vorig jaar ook Galapagos vallen. Daar reageerde de CEO zeer enthousiast. 'Allemaal blije gezichten hier', zei hij. 'We kunnen nu een nieuwe, betere deal sluiten.
Moses: 'Dat zal je mij niet horen zeggen. Toch niet in die woorden. Ik ben voorzichtiger. Maar investeerders die ik al gesproken hebben zeggen: a blessing in disguise. Als je partner niet meer enthousiast is, is het beter dat het stopt. De voorbije drie jaren hebben we extra studies kunnen doen. We hebben bewezen dat ons medicijn goed is. En we hebben intussen veel cash op de bank staan. We staan sterker dan toen. Het opent nieuwe mogelijkheden.'
Volgens een analist van Petercam is het weinig waarschijnlijk dat het bij Ablynx even goed uitdraait als bij Galapagos. De reumamarkt is concurrentieel. Het medicijn Actemra, met een zelfde werkingsmechanisme als jullie medicijn, heeft 1,3 miljard dollar omzet. En er zijn nog twee andere op komst die sneller op de markt zullen zijn dan jullie. Ablynx komt dus te laat.
Moses: 'Er is zeer veel concurrentie. Dat ga ik niet ontkennen. Maar ons product is beter dan de soortgenoten. Best in class. En de bijwerkingen zijn geringer. Dat bewijzen de studieresultaten. Daar kan je niet naast kijken. Het miljard van Actemra is een aardig bedrag, maar we denken niet dat dat onze limiet is.'
Jullie grijpen naast 75 miljoen dollar die AbbVie normaal betaald zou hebben. Een serieuze tegenvaller.
Moses: 'We hebben voldoende cash (288 miljoen euro eind juni, nvdr). We gaan nu zelf alle voorbereidingen treffen om de laatste studiefase voor het reumamiddel in de tweede helft van volgend jaar te starten. We zullen dus geen tijd verliezen. We spreken over een studie met enkele duizenden patiënten. We gaan dus op zoek naar een nieuwe partner om dat te financieren. Maar we zijn daarbij niet gehaast. Nee, we hebben nog geen contacten gelegd maar dat zullen we snel doen. We weten wie we kunnen contacteren.' (Het beurshuis Jefferies tipt Pfizer, Amgen, Novartis en Johnson & Johnson als potentële partners, nvdr)
Is dit het lot van Belgische biotechbedrijven, dat ze overgeleverd zijn aan beslissing van big pharma?
Moses: 'Je kan dat zo zien, maar ik zie het als positief. We hebben destijds van Abbvie 175 miljoen dollar gekregen bij het tekenen van de overeenkomst. Daarmee hebben we een product ontwikkeld, een goed product dat nu eigendom van ons is. Dat hadden we op geen enkele andere manier kunnen doen. Net zoals we met Merck een deal hebben gesloten om kankertherapie te ontwikkelen. Zonder steun van hen konden we dat niet. En in de komende maanden gaan we ons eerste medicijn (tegen een dodelijke bloedziekte) ter goedkeuring voorleggen in Europa. We staan misschien anderhalfjaar verwijderd van onze eerste verkopen. That is exciting.'
Bron: De Tijd