Haalbaarheid klimaatdoel erg onzeker: aarde kan nog 5 graden warmer worden
09 augustus 2021 09:59 Laatste update: 33 minuten geleden
De opwarming van de aarde kan deze eeuw nog steeds veel hoger uitpakken dan de in Parijs afgesproken 1,5 graad. Dat blijkt uit het nieuwste rapport van VN-klimaatpanel IPCC. De minst voorspelbare factor geeft daarin de doorslag: het gedrag van de mens. Daarnaast zijn er zorgen dat de opwarming zichzelf kan versnellen.
"De politiek en de economie zijn voor klimaatwetenschappers niet te voorspellen", zegt klimaatonderzoeker Bart van den Hurk van Deltares, een van de auteurs van het rapport, tegen NU.nl. "Daarnaast zijn er een paar nieuwe klimaatmodellen die somberder verwachtingen schetsen."
In het rapport zijn nieuwe sociaaleconomische scenario's toegevoegd. Ontstaat er rivaliteit tussen landen, of juist samenwerking? Blijven we investeren in fossiele brandstoffen of kiezen we voor duurzame energie?
Zulke onvoorspelbare factoren hebben een grote doorwerking in de toekomstige uitstoot van broeikasgassen en leiden ertoe dat de meest waarschijnlijke temperatuurverwachtingen bijna 5 graden uiteenlopen, van 1 tot 5,7 graden in 2100.
Klimaatverandering kan zichzelf versterken
Dat terwijl het opwarmende effect van CO2 inmiddels veel nauwkeuriger kan worden berekend dan bij het vorige grote IPCC-rapport, uit 2013. "Die onzekerheid is ongeveer gehalveerd", zegt Van den Hurk.
"Maar er is ook een zorgwekkende ontwikkeling dat een aantal van de nieuwste klimaatmodellen, die ook reacties van ijs, wolken en bijvoorbeeld bossen op de klimaatverandering meewegen, uitkomen op hogere waarden voor de klimaatgevoeligheid."
"Die resultaten zijn een soort vreemde eenden in de bijt, die we inhoudelijk niet kunnen weerleggen en die de mogelijkheid openhouden dat we een extremere klimaatverandering krijgen."
Dat komt volgens Van den Hurk door reacties in het klimaatsysteem die de opwarming kunnen versterken. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om minder zonweerkaatsing door het wegsmelten van ijs op de Noordpool, het vrijkomen van broeikasgassen door ontdooiende permafrost en het mogelijk verdrogen van het Amazoneregenwoud, waardoor CO2 vrijkomt en de (lokale) temperatuur door afnemende verdamping ook verder zou stijgen.
"Zulke processen zijn heel lastig te meten, en dus ook heel lastig te modelleren. We hebben dus geen idee of dergelijke 'feedbacks' overschat of onderschat worden."
Menselijke keuzes zijn grootste (onzekere) factor
Toch is de hoofdconclusie van het rapport dat er wat te kiezen valt, zegt Van den Hurk. "De grootste onzekere factor is de toekomstige uitstoot van broeikasgassen. En wat nieuw is ten opzichte van het vorige grote IPCC-rapport, is dat we ook een scenario hebben uitgewerkt dat laat zien wat ervoor nodig is om de temperatuurstijging nog wél onder de 1,5 graad te houden."
Over de rol van de mens bestaat inmiddels geen enkele wetenschappelijke discussie meer, zegt KNMI-onderzoeker Rein Haarsma, die ook meeschreef aan het rapport. "In eerdere IPCC-rapporten werd nog gesproken in bedekkende termen als 'waarschijnlijk' of 'zeer waarschijnlijk'. Inmiddels noemen we het 'onbetwistbaar' dat de huidige opwarming wordt veroorzaakt door de menselijke uitstoot van broeikasgassen."
'Hoop dat dit rapport draagvlak voor maatregelen versterkt'
De rapporten vormen de basis voor de internationale klimaatonderhandelingen en verschijnen in delen. Het nu verschenen eerste deel gaat over hoe het klimaatsysteem werkt, van de invloed van broeikasgassen tot bijvoorbeeld extreem weer en de afsmelting van grote ijskappen.
Begin 2022 volgen nog delen over de gevolgen voor mensen en over het terugdringen van de uitstoot. Afsluitend verschijnt een samenvatting voor beleidsmakers.
"Ik hoop dat dit rapport in de samenleving het besef van urgentie en het draagvlak voor maatregelen versterkt", besluit de 67-jarige Haarsma, die al tientallen jaren klimaatonderzoek doet en doorwerkt na zijn pensioen.
Nieuwe IPCC-rapport samengevat:
Aarde is 1,1 graad opgewarmd
Boven land gaat het sneller: nu 1,6 graad warmer (oceanen 0,9 graad)
Hittegolven nemen sterker toe dan de gemiddelde temperatuurstijging
Overal op aarde zijn gevolgen waarneembaar
Er is meer aandacht voor regionale klimaatveranderingen
Er is ook meer aandacht voor de zeer lange termijn. Zo zal de zeespiegel door huidige opwarming vele eeuwen blijven doorstijgen
De zekerheid over het opwarmende effect van CO2 is sterk toegenomen
Politieke en economische ontwikkelingen bepalen sterk de hoogte van de toekomstige opwarming
In het ongunstigste geval is het in 2100 op aarde gemiddeld 5,7 graden warmer